Trainerspraat met Tom Gesgarz (Veenendaal): ‘We willen naar de tweede klasse’

VEENENDAAL In de rubriek ‘trainerspraat’ blikt de redactie van RegiosportVeenendaal.nl de komende periode terug met de voetbaltrainers van de Veenendaalse clubs. De coronacrisis gooide veel roet in het eten, maar dat betekent niet dat er achter de schermen niet gewerkt wordt.

door Jeroen van der Veer

Tja, wat kan Tom Gesgarz nou eigenlijk zeggen over het jaar 2020 op voetbalgebied? De oefenmeester begon dit seizoen aan het nieuwe avontuur bij voetbalvereniging Veenendaal, al waren er aan het begin toch wat twijfels. Het bestuur en de technische commissie lagen niet meer op één lijn en daardoor kwam er interne onrust binnen de club (lees hier een reconstructie van die periode: klik hier). ,,Toen heb ik wel even afgevraagd of ik wel aan de klus moest beginnen”, bekent Gesgarz nu. ,,Maar mij werd al snel duidelijk dat iedereen hart voor de club had en dat het goed zou komen.”

GROEP VORMEN En dat kwam het. Het bestuur en de technische commissie kwamen weer bij elkaar, spraken dingen uit en gingen vol gas vooruit. Hierbij stond Gesgarz aan het roer van het schip en kreeg hij flink wat nieuwe spelers tot zijn beschikking. ,,Dat had zijn voor- en nadelen”, aldus de oud-DOVO-aanvoerder. ,,Er kwam een frisse wind, maar je moest ook iedereen inpassen. Dat is niet zo eenvoudig hoor.”

Toch stonden bepaalden mensen binnen de selectie op en kwam er al snel een eenheid, zag ook de oefenmeester. ,,Zonder anderen te kort te doen, namen Wout Jan van de Kleut, Wayne Berry, Alfred van Doorn en Sven van Asselt hier wel het voortouw in. Ze motiveerden elkaar en anderen gingen daarin mee.”

VIJF VERDEDIGERS Waar Veenendaal vrijwel altijd met vier verdedigers speelde, veranderde Gesgarz dit. De nieuwe oefenmeester besloot over te schakelen naar een 5-3-2 formatie, waarbij de backs aanvallend mogen spelen. ,,Toen ik Bart Keulen zag trainen, zag ik in hem direct een back. Die jongen blijft maar gaan. Hijzelf dacht daar in eerste instantie anders over, maar hij vult het perfect in. Met vijf verdedigers lijkt het alsof wij heel verdedigend willen spelen, maar dat is echt niet het geval. Eigenlijk speel je 3-5-2.”

Met vijf verdedigers lijkt het alsof wij heel verdedigend willen spelen, maar dat is echt niet het geval.

,,Dat ik zo kan spelen, komt ook door doelman Guido Prins”, is Gesgarz eerlijk. ,,Die gozer kan zo goed meevoetballen en pakt ook nog eens veel ballen; dat geeft de ploeg veel rust. Zoals je ziet, vielen alle puzzelstukjes goed in elkaar en groeiden we als team.”

STERKE SELECTIE Het is natuurlijk veel te makkelijk om te zeggen dat Veenendaal leunt op de schouders van de twee spitsen en daarom wil Gesgarz dat ook niet zo zeggen. Dion Kroesbergen en Rodney van Klooster liepen tot aan het seizoen werd gestopt één op één en namen de ploeg wel bij de hand. ,,Natuurlijk doen zij het fantastisch, maar dat komt ook door die gasten die achter hen lopen. Neem bijvoorbeeld Max van Laar; hij doet het boven verwachting goed. Hij heeft veel loopvermogen en weet altijd waar de bal valt.”

Desondanks weet Gesgarz dat zijn ploeg ook zo sterk is door de bank. Daar zaten dit nog onafgemaakte seizoen spelers die stuk voor stuk in de basis kunnen spelen. ,,Dat is voor een trainer fijn, maar vraagt ook veel van je. Je moet iedereen toch bij elkaar houden. Nu wonnen we vaak en dan is dat makkelijker...alleen het kan ook zomaar anders zijn.”

CORONAVIRUS Zo’n grote groep had Gesgarz wel nodig, want hij wil naar de tweede klasse. Dat leek te gaan lukken en Veenendaal was nog altijd ongeslagen en een periodetitel lag voor het oprapen. ,,We hebben uitgesproken te willen promoveren. Dat is ongewijzigd en geldt nog steeds. Is het niet dit seizoen, dan het jaar daarop. Mede daarom heb ik besloten mijn contract te verlengen. Er zit nog veel rek in de groep en daarnaast maakt de vereniging ook stappen. Ze denken echt mee en willen ook professionaliseren.”

Dat is echter allemaal toekomstmuziek, want voorlopig zitten Gesgarz en zijn mannen thuis. Zelf kreeg de oefenmeester ook te maken met het coronavirus, maar hij herstelde goed. ,,Ik had last van mijn keel. Het leek net of ik een scheermesje had ingeslikt. Gelukkig ben ik genezen en heb ik geen last meer. Ik kon drie dagen niet eten en dat was misschien wel eens goed voor mij”, zegt hij lachend. ,,Hopelijk kunnen we snel weer het veld op. Ja, ook in tweetallen gaan we aan de slag. Al is het maar om elkaar toch even te zien. Veenendaal staat bekend om het collectief en dat wil ik zo houden.”