Timothy Petersen is er nog niet over uit of hij doorgaat met karate
OverigVEENENDAAL Timothy Petersen heeft nog geen besluit genomen over hij zijn carrière beëindigt of toch doorzet. Dat zei hij vanmorgen in het NPO radio 1-programma GAAN. Hij sprak daar over zijn liefde voor de sport, over zijn eigen carrière en over de Olympische Spelen. ,,Ik heb daar nu wel zin in, maar dat heeft wel even wat tijd gekost.”
,,Ik lig niet wakker over mijn besluit om wel of niet door te gaan, maar het houdt me wel bezig”, zei Petersen in gesprek met presentator Stephan Komduur. ,,Ik heb er gesprekken over, maar ik moet vooral zelf de keuze maken. Dan gaat het over de vraag: ga ik nog voor het WK in Dubai in november, als laatste kunstje. Heb ik daar nog de motivatie voor, wil ik nog de opofferingen doen die dat vraagt. Als mijn hart zegt dat ik door moet gaan dan doe ik dat, maar ik ga het niet afdwingen. Over een week of drie hoop ik mijn besluit te kunnen maken.”
Karate is deze zomer voor het eerst aanwezig op de Olympische Spelen. ,,Hartstikke belangrijk”, zegt Petersen daarover. ,,Dat geeft de sport veel meer aanzien en dat zorgt voor een ontzettende boost voor de sport wereldwijd.”
Petersen had maar wat graag aanwezig geweest bij de Spelen in Tokio. ,,Ja, dat was echt mijn doel, mijn motivatie. Daar heb ik jarenlang hard voor gewerkt, het had de kroon op mijn carrière moeten worden.” Had moeten worden, het gaat er niet van komen. Petersen redde het niet op het kwalificatietoernooi in Parijs, afgelopen juni. ,,Ik had het in eigen handen, maar het glipte uit mijn vingers. Ik was er heel dichtbij en dat was erg zuur.”
De klap kwam hard aan bij Petersen. ,,Ik heb er dagelijks aan gedacht, maar ik heb ook wat afstand genomen de afgelopen weken. Inmiddels kan ik er emotioneel gezien redelijk neutraal over praten. Dat maakt dat ik ook echt zin heb in de Olympische Spelen, om daar naar te kijken en te zien hoe mijn sport daar aanwezig is.”
Klik hier voor de hele uitzending van het NPO radio 1-programma GAAN met daarin het interview met Timothy Petersen.